BFA draagt bij aan duurzame sojateelt


Sojabonen kunnen direct geconsumeerd worden of worden verwerkt tot o.a. sojaolie, sojadrink en tofu. Wat overblijft na het crushen van de boon tot olie, wordt sojaschroot genoemd. Diervoederfabrikanten gebruiken vooral sojaschroot (of sojameel) als grondstof bij de productie van diervoeders. 

Soja(schroot bevat een hoog gehalte aan goed verteerbare eiwitten. Dit maakt het gebruik van soja(schroot) in diervoeder vanuit nutritioneel oogpunt erg belangrijk, vooral voor jonge dieren zoals biggen en kuikens. Alternatieven zoals bijv. koolzaadschroot of zonnepitschroot bevatten minder eiwitten en zijn minder goed opneembaar. Dit maakt soja(schroot) niet gemakkelijk vervangbaar. BFA blijft echter zoeken naar alternatieven, en dit via het ondersteunen van onderzoeksprojecten rond lokaal geteelde soja, insecten, algen, enz.

Duurzame sojacertificaten


De Belgische diervoedersector koopt al sinds 2009 duurzame sojacertificaten. In 2023 spendeerde de sector zo’n 950.000 euro aan de aankoop van deze certificaten. BFA ondersteunt de duurzame sojaproductie door de aankoop van verschillende duurzaamheidsstandaarden:

Controle op naleving duurzaamheidscriteria

Deze duurzame sojacertificaten worden aangekocht door de duurzame sojastandaardeigenaren via het Direct Trade systeem. D.w.z. dat de credits rechtstreeks aangekocht worden bij de landbouwer. Om er zeker van te zijn dat de sojatelers de criteria naleven voert Control Union, een erkend onafhankelijke certificeringsorgaan, ieder jaar controles uit. Hiermee willen ze zeker zijn dat lokale sojatelers alle indicatoren die duurzame soja definiëren (zo'n 90), invullen. 

België als koploper

In de Europese sojabarometer neemt het Initiatief Duurzame Handel (IDH) het Belgische systeem onder de loep. Volgens hen behoort België tot de koplopers van Europa, naast Noorwegen, Zwitserland en Nederland. In België wordt het volledig binnenlands gebruik van soja afgedekt door de duurzame sojacertificaten. Hiervan is ook alles ontbossings- en conversievrij.  


Onze doelstelling? 

Tegen 2030 voldoet alle soja die door Belgische diervoederfabrikanten wordt gebruikt (60% in 2022 en 75% in 2025) aan de FEFAC Soy Sourcing Guidelines en de FEFAC Deforestation Free criteria. Hoe we dit willen bereiken? Bekijk hier het BFA filmpje 'Duurzame Soja' (2023 - NL).

Welke voordelen genieten de landbouwers?


Via deze duurzame sojacertificaten ontvangen soja-telers in Zuid-Amerika een financiële stimulans om soja te produceren die voldoen aan heel wat eisen zoals:  
  • nul ontbossing
  • verantwoorde werkomstandigheden
  • milieuverantwoordelijkheid
  • landrechten
  • wettelijke naleving
  • goede landbouwpraktijken
  • maatschappelijke verantwoordelijkheid

Door elk jaar opnieuw de aankoop van duurzame certificaten bij deze landbouwers te garanderen, worden zij blijvend ondersteund voor hun inzet. De boeren waarderen de verkregen inzichten en de procedures die tijdens het certificeringsproces worden toegepast. Ze bereiken betere resultaten en ervaren meer controle over hun bedrijf. Bovendien worden boeren door derden, zoals bank- en inputleveranciers, erkend als minder risicovolle en betrouwbaardere partners. Dit leidt vaak tot gunstigere financieringsvoorwaarden.

Europese aanpak tegen ontbossing


Met de invoering van de nieuwe Europese ontbossingswet wordt de ontbossingsvrije herkomst van de sojaproductie extra getest. De ontbossingswet schrijft voor dat grondstoffen zoals soja, koffie, palmolie, rundsvlees, e.a. die vanaf 31 december 2024 op de Europese markt verhandeld worden, ontbossingsvrij moeten zijn. 

BFA pleit voor gezamenlijke Europese aanpak

Voor BFA en haar leden is de gezamenlijke Europese aanpak om ontbossing tegen te gaan een positieve zaak. De diervoedersector vraagt al langer om een Europese aanpak. Toch blijven er nog praktische aandachtspunten. De wetgeving verlangt namelijk dat grondstoffen zoals soja, cacao, koffie, palmolie, hout, rubber, steenkool, bedrukte papierproducten en zelfs rundvee, gescheiden worden aangevoerd vanuit het land van herkomst van stromen die mogelijks afkomstig zijn van ontboste gronden.

Nog een punt is dat de invoer van pluimvee- en varkensvlees niet onder de wetgeving valt. Hierdoor ontstaat er voor deze producten een oneerlijke handel, waarbij de ingevoerde producten aan minder strenge eisen moeten voldoen en dus aan een lagere kost kunnen geproduceerd worden. 

De wet beperkt zich tot slot enkel tot ontbossing en neemt landconversie niet mee op. Conversievrij wordt mogelijks later opgenomen. Hierdoor wordt de scope verruimd waardoor er maatregelen getroffen worden om ook belangrijke natuurgebieden zoals bijv. savanne te behouden. 


Meer informatie vind je op de website van de Europese Commissie